zaterdag 16 oktober 2010

Dag 12: Etosha – Namutoni dag 1

Om kwart voor 6 uit de veren, ontbijt kan vanaf 6 uur en zo kunnen we om kwart voor zeven al gaan rondtoeren. In het restaurant een vreselijk luidruchtige Nederlander, op dit uur kan ik dat gekwaak echt slecht verdragen en ik zie rondom mij nog bedenkelijke blikken. Snel weg dus, en het park in! Het eerste dier dat we spotten is alweer een olifant! Hij staat op z’n eentje halve struiken naar binnen te werken en kijkt zelfs niet op als er een auto stopt. We rijden wat verder naar een andere waterhole en hebben geluk: vier leeuwen zijn aan het drinken! Ze stappen op hun gemak richting een kudde springbokken, waar lichte paniek ontstaat. De leeuwinnen hebben blijkbaar nog geen honger en negeren de prooien, ze gaan liever eerst wat zonnen! Nadat de katten uit zicht zijn verdwenen, stromen de andere dieren toe: springbok, zebra, oryx,… we rijden nog wat rond en gaan dan uitchecken, we stoppen nog vlug even bij de waterhole waar het een enorme drukte is, en we oryxen zien zwemmen en kudu-jongen zien drinken tussen de andere dieren, prachtig!
Daarna vertrekken we richting het oosten, naar Namutoni. Onderweg stoppen we in Halali en gaan daar eten, maar constateren dat het dezelfde eenheidsworst is als in Okaukuejo: helaas geen alternatief dus maar eten wat de pot schaft… en de vogels vinden het prima dat we één en ander laten liggen: brutaal komen ze eerst op een stoel, en daarna gewoon op tafel zitten, en pikken ze mee wat ze kunnen! We gaan nog even richting waterhole daar maar op enkel zebra’s na niets te zien. Verder rijden dan, en onderweg komen we eigenlijk heel weinig dieren tegen: veel minder dan in het westen van het park! Het valt ons ook op dat de meeste waterholes modderputten zijn of gewoon droog staan. We krijgen nog wat giraffen en twee olifanten te zien, een zebrakarkas waaraan gieren zicht te goed doen en gaan dan richting lodge: zonsondergang bij de waterput levert ook weinig op, drie zebra’s die ons compleet negeren. We zijn wat teleurgesteld over de dieren hier maar zijn wel erg tevreden over de lodge: een prachtige bushchalet! Wanneer we gaan eten in het ‘fort’ wordt Bart ook enthousiast want het is eindelijk tijd voor een echte braai! Deze keer proeven we impala, ook erg lekker, en zowel het kader als het eten is perfect. Wat een verschil met Okaukuejo! Bart slaat nog een praatje met de manager en die vertelt ons waar we morgen naartoe moeten: een drinkplaats waar hij vandaag 20 olifanten met enkele kalfjes zag. We zijn benieuwd of we ze ook gaan vinden! We gaan nog snel even langs het 2e kijkpunt van de waterput en zien daar 5 koppels gespannen kijken naar.. niets! Geen enkel dier te zien! Grappig detail: op nog geen 100 meter daar vandaan stond een grote olifant rustig te grazen in de tuin van het fort!

Leeuw:


Zebra:


Oryxen met een meningsverschil:

vrijdag 15 oktober 2010

Dag 11: Etosha – Okaukueja

Vandaag staan we mooi vroeg op want we willen op tijd in Etosha aankomen! We krijgen een lekker ontbijt, slaan nog een babbeltje met de gastvrouw en vertrekken! Onderweg willen we nog een tanken in Outjo en bij de eerste pomp horen we dat ze geen diesel hebben… gelukkig is er nog een pomp en die hebben achteraan wel diesel. Ze hebben ook een prachtige Delonix regia, een ‘flame tree’ met vuurrode bloemen. Hij hangt vol zaadpeulen ook, dus ik moet daar eentje van meenemen! Daarna richting Etosha! Je merkt dat de omgeving hier iets groener begint te worden: het blijft erg dor en droog maar je ziet al eens wat groene blaadjes ook. Onderweg spotten we nog wat evenzwijntjes en dan staan we ineens voor de grote port van Etosha, we zijn erg benieuwd! We rijden richting Okaukuejo en kijken onze ogen uit in die eerste paar kilometers: links een kudde zebra’s, rechts wat oryxen en een school springbokken, plots moeten stopen voor overstekend wild… wat is dit geweldig! De dieren zijn de auto’s ook gewend, sommigen blijven gewoon staan tot je op 5 meter genaderd bent! Eerst onze permit gaan betalen, snel een sandwich eten en hop: op zoek naar de dieren! Zebra en springbok loopt hier overal, dus we zoeken vooral de rest. We spotten vrij snel 1 olifant, wat hartebeesten ,struisvogels en zelfs helemaal in de verte een neushoorn! Hij staat helaas in een gebied waar we niet verder mogen rijden… het is ook erg warm hier, echte woestijnhitte, wat ervoor zorgt dat fotograferen op de middag gewoon uitgesloten is door de heat distortion. De dieren zijn ook amper te zien over de middag, je ziet ze hier en daar schuilen onder een boom. We wachten beter licht af en gaan de zonsondergang volgen in Okaukuejo zelf, bij de waterhole: daar staan enkele giraffen te genieten van het water. Wij gaan snel eten – een beetje een tegenvaller, alweer massa-keuken hier – hoewel de kudu me wel smaakt maar bloemkool eet ik toch liever gaar! De lodge zelf is prima, we kunnen ook vlakbij parkeren wat handig is!
Ook hier weer gezand vanavond maar we verkiezen toch de waterhole, waar veel volk zit en er valt ook heel wat te zien: maar liefst zeven neushoorns komen op hun gemak drinken! Daartussen wat zebra’s en giraffes, een prachtig zicht! Moe maar voldaan kruipen we in ons bed, benieuwd naar wat we morgen gaan zien!

Secretarisvogel:


Neushoorn bij de waterhole:


Etosha, de zoutpan:


Giraffe speelt verstoppertje:

donderdag 14 oktober 2010

Dag 10: Otjitotongwe Cheetah Farm

Bij het verlaten van Twyfelfontein speuren we nog de horizon af naar de olifanten maar ze zijn verdwenen met de noorderzon, we hebben dus écht wel geluk gehad! We zien dat onze trouwe vierwieler ondertussen grote dorst heeft gehad en moeten dringen bijvullen, dus het eerste stadje op onze weg – Palmwag – even stoppen. Vreemde situatie daar, je staat ineens voor een poort voor disease control, en de man die onze nummerplaat noteert verkoopt ineens ook zelfgemaakte sleutelhangers, “from the palmtree nuts, as hard as a stone sir!” en ondertussen graveerde hij handig “Bart” op de noot. Leuke hebbedingetje dus hup,weer een souvenirtje erbij. Eigenaardig is dat hier de benzine goedkoper is dan de diesel! Onderweg komen we ook twee keer enkele giraffen tegen.
Doorhobbelen tot in Kamanjab dan, waar we op zoek gaan naar de cheetah farm en ineens voor een hek staan dat waarschuwt “enter at your own risk!” – wetende dat daar misschien wel bijtgrage katten lopen slik je toch even voor je die poort open gaat maken… een beetje verder een tweede port, zelfde waarschuwing… dus wij kijken in alle richtingen, rijden heel voorzichtig, maar zien niks. Dan ineens een derde poort, die van de farm zelf, met:” do not enter this gate, ring the bell!” – nog steeds geen katten te zien maar we zijn op ons hoede. De farmlady komt tot aan de poort maar maakt ze ook niet open, haar man zal ons vergezellen en even later komt de evenknie van crocodile dundee naar buiten gereden. We volgen hem en komen onderweg een kleine giraf tegen! Nog steeds geen kat te zien… dus nadat hij ons de lodge getoond heeft vraag ik voorzichtig: “is it safe to walk around over here?” waarop hij droog antwoord “this is Africa madam, I can’t garantuee that, it is 90% safe”. Dat lijkt me voldoende om te besluiten dat hier géén cheetah loopt.
We fotograferen de prachtige vogels die rond het eethuis vliegen en dan is het tijd voor de ontmoeting met de poezen! De farmer komt ons oppikken met zijn open truck, we stoppen nog even bij de giraf (het is een tam exemplaar dat overal volgt) en daar lopen ze dan, gewoon op het erf, drie ferme cheetahs! Voor we naar binnen gaan nog even opsommen: ze houden niet van zonnebrillen, eentje heeft een hekel aan crocs en laat niks op de grond liggen… dat laatste mocht Bart ondervinden toen hij zijn jägermeisterhoedje even neerlegde voor een foto, en een kat er onmiddellijk mee aan de haal ging! Wat zo bizar is aan de cheetahs, is dat ze dus echt spinnen zoals onze huiskatten dat doen!
De zoon des huizes brengt een emmertje vlees – op hun menu staat vooral ezel en zebra – en we bewonderen de moed van de kleine Jack Russell die grommend naast een cheetah gaat zitten, zijn eigen stukje eisend.
Dan is het tijd voor de wilde cheetahs: met 2 open trucks rijden we er heen en zien hoe 17 katten Pavlov mooi illustreren door kwijlend rond de wagens te komen staan. Dundee en zoon houden de beesten op afstand met een bamboestokje, en dan begint een gevecht om het beste stuk vlees te bemachtigen. Heel imposant allemaal!
Na het voederen nog even naar de bar, lachen met de bokkesprongen van de dikdiks in de tuin, en dan is het etenstijd: we zitten samen met een Nederlands koppel aan tafel en genieten van de huisbereide schotels – alweer oryx, en smaken dat dat doet!

Neushoornvogel:


Bart met z'n favoriete poes:


Cheetah:

woensdag 13 oktober 2010

Dag 9: Twyfelfontein

We vertrekken vroeg uit wat voor ons één van de eenzaamste plaatsen ter wereld moet zijn: in Cape Cross is er niks en niemand! Ook in de lodge is er slecht één ander koppel en die slapen blijkbaar uit, dus zitten we als enige aan het ontbijt… ook onderweg is er helemaal niks en niemand. De eerste levende ziel komen we pas tegen in Henties Bay, een visser die z’n vislijnen op z’n auto heeft gemonteerd en nu vast de vangst van z’n leven gaat doen. We rijden vandaag richting Damaraland en stoppen in Uis om onze tank nog eens vol te gieten, en wat een geluk: de vierde band met het slechte ventiel is lek aan het lopen! We vragen in het tankstation of ze het reservewiel kunnen monteren maar dat is niet nodig, ze gaan snel die band repareren! Een geluk bij een ongeluk dus, want ze slagen er in om het ventiel weer mooi recht te zetten en de band perfect te herstellen! Ondertussen worden we aangeklampt door locals die ‘gem stones’ verkopen. Een Damara-vrouw doet me het verhaal: vroeger werken zowat alle inwoners uit Uis in de mijn die daar ligt, maar enkele jaren geleden werd deze gesloten en nu is iedereen werkloos. Ze vroeg ook of we oude kledij hadden of eventueel eten dat we niet meer wilden… ik kreeg echt medelijden met ze en heb van haar een steen gekocht, zodat ze haar drie kinderen eten kan kopen. Ook de overschot van onze lunchbags kreeg ze mee. Bart deed een andere deal, en ruilde zijn T-shirt voor 2 stenen: nu loopt er dus een gast rond in Uis met een T-shirt met “I survived the Hercules trophy” er op. Verder kwamen we nog andere kraampjes tegen met vrouwen in traditionele Herero klederdracht die de typische popjes verkochten.
Verder richting Twyfelfontein dan, en we kwamen een verkeersbord tegen dat waarschuwde voor olifanten! Ogen open dus, en constant de omgeving afspeuren maar verder dan een olifantendrol kwamen we niet… we hadden het al opgegeven en toen we bijna aan de lodge waren roept Bart: “hey… zijn dat olifanten?” en ja hoor, ze stonden als het ware in de tuin van onze lodge! Snel foto’s maken uiteraard, en dan inchecken. Deze lodge valt ons wat tegen: hier ben je een nummertje, wij krijgen kamer 51 en dat is het dan. We trekken dan richting de rotstekeningen, waar een gids ons in geuren en kleuren het volledige verhaal doet. Daarna nog snel langs de ‘orgelpijpen’ en we zijn net op tijd terug om de olifanten bij zonsondergang te zien. Ze staan zowaar nog dichter bij de lodge, dus Bart besluit het grote geweld boven te halen en we zetten de achtervolging in… heel wat clicks later verlaten we de kudde en gaan we gaan eten. Ook dit valt ons tegen: diner in buffetvorm, het niveau wat je in een Carrefour-restaurant verwacht maar in een lodge mag het toch iets meer zijn… de kwaliteit is ook maar matig, hoewel de struisvogel mij erg smaakt! Bart z’n dessert, een stuk taart, was een uurtje te laat uit de diepvries gehaald en nog helemaal bevroren… Deze lodge mikt duidelijk op massatoerisme en de kwaliteit is daaraan te merken. Ze maken toch één en ander goed wanneer plots het volledige zaal- en keukenpersoneel begint te zingen en te dansen: ambiance!

Een wilde bergolifant:


De rotstekeningen van de bushmen:


De 'organ pipes':

dinsdag 12 oktober 2010

Dag 8: Dolfijncruise en Cape Cross

Om kwart voor 8 worden we opgehaald door het busje van Laramon, daar hebben we ons ingeschreven voor een dolfijncruise. Na nog een twintigtal andere deelnemers te hebben opgepikt rijden we terug naar Walvis Bay waar we op een catamaran stappen. Even later varen we uit en het duurt niet lang voor we bezoek krijgen op de boot: één van de zeeleeuwen daar weet verdomd goed dat er vis te verdienen valt aan boord en aarzelt dan ook geen seconde, via de trapjes achteraan klimt hij behendig de boot op… hilariteit alom! Zodra we te snel varen naar zijn zin duikt hij weer het sop in. Daarna stoppen we even bij de oesterbanken met de belofte dat we ze strak ook mogen proeven. We varen verder in de baai en zien heel veel flamingo’s (die zijn er bijzonder grappig uit als ze vliegen) en ook enkele pelikanen. Eén pelikaan heeft ook gesnapt dat er eten aan boord is en komt vlakbij de boot vliegen.
Daarna gaan we op dolfijnenjacht, maar flipper en z’n vriendjes hebben er geen zin in vandaag: we zien heel af en toe een vin naar boven komen maar meer ook niet. Daarnaast zijn er enkele zeeleeuwen die ‘de dolfijnen komen afhangen’ dus de vangst is erg mager, amper een stukje dolfijnvin gezien… niet getreurd, er wacht ons een glaasje champagne, verse oesters en andere hapjes. Zo varen we knabbelend weer naar de aanlegsteiger en zijn we tevreden over de boottocht. Bart koopt nog snel enkele souvenirs (drie van ‘the big 5’ in houtsnijwerk) en daarna weer in het busje, richting lodge. Hoog tijd om te vertrekken nu, dus de auto volgooien en over een ‘salt road’ naar Cape Cross!
Daar aangekomen gaan we meteen naar de zeeleeuwenkolonie kijken, wat zijn het er veel! Eigenaardig is ook het geluid dat ze maken, het klinkt net als een blarend schaap! De geur moet je er wel even bijnemen…
Onze lodge is vlakbij, daar drinken we nog een coctail met zicht op zee, en genieten we van alweer een heerlijk diner!

Een zeeleeuw:


Pelikaan:


Flamingo's:


Cape Cross:

maandag 11 oktober 2010

Dag 7: Swakopmund

Na een deugddoend ontbijt nemen we afscheid van Karen – Colin hebben we helaas niet meer gezien, we hadden hem graag nog bedankt om ons zijn kantoor en internet (via satelliet) te laten gebruiken, en zijn grenzeloze gastvrijheid. Misschien leest hij het ooit wel: “lekker!” - Opnieuw een lang stuk hobbelen over gravel vandaag, een eerste tussenstop in Solitaire waar een leuke verzameling autowrakken ons toelacht. Even later middenin de Namib desert (het zou de oudste woestijn ter wereld zijn, hoe meet je zoiets vraag ik me dan af?) onze lunchpakketten van Desert Homestead verorberen en weer verder. De landschappen hier zijn echt vreemd: zowel voor je, achter je, link en rechts zie je enkel zand, tot aan de horizon… één grote zandbak dus, met middenin autosporen die de weg moeten voorstellen, en dit tientallen kilometers na elkaar. Het waait ook behoorlijk waardoor het niet zo warm aanvoelt. Hoe verder we Walvis Baai naderen ,hoe erger de wind… en vlak voor de kust moeten we constateren dat volledige duinen ineens aan het verhuizen zijn over de weg! Wat ook bizar is: het zand blinkt hier, precies of er gouddeeltjes inzitten!
We kieken vlug wat flamingo’s vanuit de auto, want buiten stappen met een reflex is echt op problemen vragen nu. Dan maar doorrijden naar Swakopmund, waar we eerst op zoek gaan naar een adres dat we van Colin hebben (alweer bedankt!) en waar mensen wonen ‘die iets van foto kennen’. Het probleem in het kort schetsen: onze grote telelens weigert al enkele dagen dienst, hij maakt enkel nog onscherpe foto’s en laat dat nu net niet de bedoeling zijn… enkele liters stresszweet later vinden we het adres en bij testen blijkt het ding ineens wel weer te werken: de autofocus was ook even op vakantie precies… wel een pak van ons hart want we moeten nog naar Etosha! Fingers crossed dat hij het blijft doen nu!
Op zoek naar Sea breeze Guesthousen dan maar, waar we opnieuw hartelijk ontvangen worden. De gastvrouw regelt ons meteen een restaurant-met-zeezicht voor vanavond, en boekt onze dolfijncruise voor morgen: handig! We moeten ook vaak lachen met haar typisch Afrikaanse uitdrukkingen: “neem daar dan het hijsbakkie omhoog” bijvoorbeeld.
Het eten in The Wreck was overigens superlekker, en de locatie is fantastisch: een absolute aanrader!

Solitaire:


De zandstorm in Walvisbay:

zondag 10 oktober 2010

Dag 6: Sossusvlei

Om 5u30 wakker worden doet pijn, ook in Afrika… maar het is voor een goed doel: we gaan richting de rode duinen! We hebben een ontbijtpakket laten klaarmaken en vertrekken even voor 6, in het donker nog, richting Sesriem waar de poort naar Sossusvlei is. Alle auto’s die we zien op dit uur hebben dezelfde bestemming, en al gauw staan we in de queue voor de grote poort. Wanneer de zon boven de bergen komt piepen gaat de poort pas open, en dan starten de 3 grote races: de eerste race door de poort, de tweede race naar de receptie en de derde race naar de controlepoort… echt gek! Bijna alle auto’s stoppen bij de befaamde dune 45 maar wij laten die links liggen en rijden door naar Sossusvlei. Zelfs het laatste stuk door het mulle zand gaat wonderwel, onze 4x4 doet ’n werk uitstekend! Eenmaal aangekomen in Sossusvlei weten we niet waarheen we nu moeten, want wij willen naar Dead Vlei… nergens bordjes of aanwijzingen te zien. Snel even vragen aan de bestuurder van een shuttlebusje en we moeten hem volgen, hij zal de weg tonen. Vijf minuten later beginnen we aan onze ploetertocht door het mulle zand, en 1,2km later zijn we er: een surreeël stukje Namibië! De kleuren zijn prachtig: de bijna witte versteende grondkorst, de rode duinen, de straalblauwe lucht en de donkere silhouetten van enkele dode bomen… we gaan helemaal op in het fotograferen dat ik amper merk dat mijn linkerarm bijna beetgaar is… dat wordt aftersunnen straks, ai ai… Het warmt erg snel op en het zand wordt al snel erg heet onder de voeten ,we zijn blij als we weer onze airco even aan kunnen zetten. We rijden op het gemak terug en stoppen nog even bij dune 45, Bart heeft nog voldoende energie en klimt tot de top, ik besluit dat deze duin van benedenuit als minstens even fotogeniek is!
Nog een keertje de tank volgooien en terug naar Desert Homestead, waar we al onze laders eens flink aan het werk gaan zetten en voor de rest van de avond gewoon relaxen.

Sossus vlei:


Dead vlei: